Zeldzame mutaties bij longkanker vragen om een gerichte behandeling. Bij deze vormen van longkanker is of treedt er een verandering op in het erfelijk materiaal van een persoon. Daarom is een gerichte behandeling zo essentieel. Patiënten die net de diagnose krijgen, worden overspoeld met informatie over de precieze behandeling en werking hiervan, waardoor extra verheldering van een longarts waardevol is. Daphne Dumoulin, gespecialiseerd in thoracale oncologie beantwoordt 4 vragen over het behandelingstraject.
Hoe gaan jullie om met zeldzame mutaties bij longkanker?
“In het Erasmus MC houden we een wekelijks tumorboard met longartsen, oncologieverpleegkundigen, klinisch chemici, moleculair biologen en pathologen waar onder meer de verwijzingen van externe patiënten worden besproken. Van hen is een biopt of een liquid biopsy (buisje met bloed) afgenomen dat naar ons wordt gestuurd en onderzocht. Aan de hand van de uitslagen formuleren we een advies, wat naar het verwijzend ziekenhuis wordt teruggestuurd. Indien er een mutatie gevonden wordt is het advies meestal om de patiënt door te verwijzen naar ons ziekenhuis.”
Patiënten zullen na doorverwijzing vol vragen zijn. Welke informatie ontvangen patiënten over hun behandeling?
“Allereerst proberen we patiënten uit te leggen wat doelgerichte therapie is (zie ook onze pagina over doelgerichte therapie), hoe het werkt en wat ze ervan kunnen verwachten, zowel wat betreft het resultaat als wat betreft bijwerkingen. De longarts zal zich met name richten op de werking en bijwerkingen van de medicatie. De oncologieverpleegkundige dan wel verpleegkundig specialist zal nogmaals de bijwerkingen bespreken en richt zich ook op alle overige, voornamelijk praktische zaken. Een van de dingen waar bijvoorbeeld rekening mee gehouden dient te worden bij gebruik van behandeling met een tyrosinekinaseremmers (TKi) is de interactie met grapefruitsap en bepaalde vitaminepreparaten.”
Waar lopen patiënten het meeste tegenaan in de behandeling? (bijvoorbeeld in praktische zin)
“De ervaring leert ons dat de reisafstand naar een behandelcentrum vaak als ongemakkelijk wordt ervaren. Met een keer in de zes weken vallen de verplichte reguliere controles op zich mee, maar patiënten zitten middenin hun ziekteproces en dan kan het reizen soms toch enorm zwaar vallen. Om die reden proberen we als er bijvoorbeeld vaker bloed geprikt moet worden bij toxiciteit, dit af te stemmen met een ziekenhuis of huisartsenpraktijk bij de patiënt dichterbij huis.”
Welke zaken worden gemonitord?
“We zien patiënten terug wanneer zij bloedonderzoeken hebben. Dat heeft te maken met toxiciteit. Dan worden onder andere de waarden van de lever en nieren gecontroleerd. En we bekijken de respons op de medicatie. Als er sprake is van een nieuw ontstane mutatie of de medicatie slaat op een bepaald moment niet meer aan, wordt er altijd een nieuwe analyse gedaan door middel van een liquid biopsy al dan niet gecombineerd met een stukje weefsel. In de analyse worden de resistentiemechanismen onderzocht en wordt bekeken hoe deze te behandelen zijn. Afhankelijk van het resultaat bekijkt en bespreekt de longarts de volgende stap in de behandeling die mogelijk is. De opties zijn dan een nieuwe TKi-behandeling, chemotherapie of in sommige gevallen immunotherapie.”
Dit artikel hoort bij het dossier: https://www.mijngezondheidsgids.nl/zeldzame-mutaties-bij-longkanker/