Mijn vader is in 2011 op 63-jarige leeftijd middels VATS geopereerd aan longkanker (adenocarcinoom)(onderste rechter kwab verwijderd). Geen nabehandeling nodig na onderzoek. Hij hoorde bij de “happy few”. Helaas bleek op een scan gemaakt omdat hij veel rugpijn had, in april 2012, dus 15 maanden later, dat hij helemaal vol zat met botkanker. Longen/organen geen tumoren. Wel in hersenen Niet verder onderzocht. Palliatief behandeld, 7 weken later overleden. Wat ik mij nog altijd afvraag: zijn dit dan toch uitzaaiingen geweest van het adenocarcinoom? Grootcellig gedraagd zich toch niet zo agressief? Had hij beter wel nabehandeling gekregen in 2011 na de VATS? Of is dit hoe crue ook toch een andere vorm van kanker geweest? Veel dank voor uw hulp
Het is inderdaad juist dat de grootcellige (niet-kleincellige) longkankers trager groeien dan de kleincellige longkankers. Helaas is het wel, dat de niet kleincellige longkankers frequent uitzaaiingen veroorzaken. Bijna 50% van de patienten met niet kleincellig longkanker, heeft bij presentatie bij de dokter al uitzaaiingen. Het beloop van de longkanker bij uw vader is een beloop dat helaas vaker voorkomt. Ten tijde van de ziekte van uw vader, was de behandeling van uitgezaaid longkanker veel minder effectief dan heden ten dage. Dat was misschien wel de reden dat er geen verder onderzoek is verricht. Ook de conditie speelt een rol bij het besluit om wel of geen verder onderzoek te doen naar de aard van de uitzaaiingen.